blaf

Het voormalig ‘technisch instituut voor breikunde’ kreeg een nieuwe invulling met de Academie voor Woord, Muziek & Dans, waartoe het verbouwd en gerestaureerd werd.
De voorgevel werd hierbij behouden als zijnde een waardevol Stadsgezicht.
Haar begane grond werd grotendeels ingericht binnen de bestaande structuur als parkeerhaven voor fiets (academie) en auto (hele site). Andere functies zoals een geïntegreerde cabine voor de nutsvoorzieningen, private bergingen en bergruimte voor de academie vervolledigen het gelijkvloers programma.

Aanpalende buren kregen bijkomende toegangsmogelijkheid tot hun eigendom via de site.

De bestaande structuur van het gebouw werd ook op verdieping zoveel mogelijk behouden en de voormalige klaslokalen werden via een intelligente en budgetvriendelijke renovatie omgevormd en uitgerust voor hedendaags cultuuronderwijs.

Bureel en multifunctioneel lokaal kregen hun plaats achter de voorgevel, waardoor een visuele relatie ontstaat vanuit het ‘arendsnest’ met de publieke ruimte.
Met een beperkte ingreep werd een nieuwe circulatie voorzien op de verdieping. Hierdoor ontstaat er meer polyvalentie in het gebruik en een ontkoppeling ten gunste van de akoestiek. De bestaande centrale gang werd patio en voorziet zo elke kamer van licht en lucht. Het koude gebouw van beton en baksteen werd in beperkte mate ingepakt langs de buitenzijde, maar werd langs de binnenzijde volledig afgewerkt zodat akoestisch en thermisch een adequate oplossing werd aangereikt.

blaf

De balletzaal kan in aanvulling op de academie functioneren maar ook apart, waardoor deze zaal ook ingezet kan worden voor andere initiatieven. De academie is beheer(s)baar maar toch polyvalent door de beperking van het aantal toegangsdeuren. De monumentale trappenhal bleef behouden.